Wat is het verband tussen criminaliteit, biologische factoren en omgevingsfactoren?
Een scherpe tweedeling tussen aangeboren eigenschappen, opvoeding en omgevingsfactoren, wordt niet gemaakt. Aangeboren eigenschappen beïnvloeden iemands gedrag, maar
omgevingsfactoren kunnen dat gedrag stimuleren of juist afremmen. Om nader te
onderzoeken welke verbanden er zijn tussen crimineel gedrag, aangeboren en
aangeleerde factoren, komen de belangrijkste risicofactoren en psychische
stoornissen aan bod.
Psychopathie (netter verwoord, zelfde lading: sociopathie)
neemt een speciale plaats in, vanwege het feit dat een hoog percentage van de
zwaardere delinquenten aan psychopathie lijdt. In een onderzoek van Hare werd
bij 33% van de gedetineerden psychopathie als diagnose gesteld. Ook is
psychopathie een belangrijk onderwerp in onderzoek, omdat juist bij deze stoornis
opvallende verschillen (in vergelijking met een onderzoekspopulatie zonder deze stoornis) in gewetensvorming aan te tonen zijn.
Welke risicofactoren worden het meest in verband gebracht met crimineel gedrag?
Voor het verband tussen psychische stoornissen en crimineel
gedrag wordt rekening gehouden met biologische factoren en de omgeving.
Onder biologische factoren vallen aangeboren eigenschappen,
o.a. de cognitie (het vermogen om iets te leren), temperament ( de mate van het
hanteren van driften), empathie en angstbeleving.
- Er is vaak sprake van crimineel gedrag door de betreffende persoon op zeer jonge leeftijd, beneden de 10 jaar;
- Geen gezag voor autoriteit door vergaande onafhankelijkheidsontwikkeling;
- Lage intelligentie of leerproblemen;
- Innerlijke kenmerken zoals moeilijk temperament en impulsiviteit (al dan niet in verband met ADHD- Attention Deficit Hyperactivity Disorder, een stoornis die de impulsbeheersing en het concentratievermogen belemmert);
- Door een laag cortisolgehalte in het bloed weinig ervaring van spanning en/of angst, daardoor de behoefte aan prikkels.
- Weinig tot geen toezicht van de ouders en omgeving;
- Geen consequente opvoeding; daarbij vooral de onvoorspelbaarheid van streng straffen en mishandelen, afgewisseld met verwennerij en goedkeuring;
- Emotionele mishandeling van het kind;
- Omgevingsfactoren: slechte woning, achterstandsbuurt, economische problemen, crimineel milieu of verslaving van ouders en/of mensen uit de directe omgeving.
- Bij alle factoren is er vooral sprake van een risico als ongunstige omgevingsfactoren samengaan met gezinsfactoren en de innerlijke factoren van het kind.
Welke psychische stoornissen worden het meest in verband gebracht met criminaliteit?
- Psycho-organische stoornissen zoals diabetes, hersenbeschadigingen, intoxicaties als gevolg van middelenmisbruik (drank en drugs);
- Psychosen, ook als gevolg van schizofrenie → psychosen kunnen voor een persoon optreden als een opdracht; een dwangmatige en, in het geval van wetsoverteding, strafbare handeling die uitgevoerd moet worden;
- Antisociale persoonlijkheidsstoornis (voorheen psychopathie) → personen met een antisociale persoonlijkheidsstoornis hebben minder of geen empathie en zijn niet gevoelig voor normen;
- Paranoïde persoonlijkheidsstoornis;
- Narcistische persoonlijkheidsstoornis → hierbij komt het voor dat een persoon ´berucht´wil zijn; als gevaarlijk erkend worden betekent ´belangrijk´ zijn.
Bij het uiten
van crimineel gedrag wordt een onderscheid gemaakt tussen affectief geweld en
instrumenteel geweld. Affectief
geweld is een directe reactie op een bepaalde situatie, waarbij de spanning
voor de persoon hoog oploopt tot er een strafbare reactie volgt. Affectief
geweld kan uitgelokt worden bij personen met een psychotische stoornis. Instrumenteel
geweld wordt meestal van tevoren gepland en dient een bepaald doel. Instrumenteel geweld is berekenend van karakter (`koelbloedig´) en kan dus niet als een `spontane´ uitbarsting worden gezien.
Psychopathie
De
antisociale stoornis wordt meestal als de officiële diagnose van psychopathie
beschouwd.
Het instrument waarop men zich baseert, is `Hare Psychopathy Checklist Revised´ (PCL-R); een lijst met twintig
kenmerken van psychopathie.5
Psychopathie
kenmerkt zich door:
- Leugenachtig gedrag, ook wel pathologisch liegen ( een ziekelijke drang om anderen van leugens te overtuigen);
- Narcisme: de eigen persoon wordt als uniek en belangrijker dan anderen beschouwd;
- Egocentrisme: de psychopaat is voornamelijk op eigen voordeel bedacht en probeert anderen voor dat eigen voordeel in te zetten;
- Daartoe manipulatief gedrag: de psychopaat weet anderen te charmeren of met zielige verhalen te overtuigen;
- Tegenover dit oppervlakkige gedrag heeft de psychopaat geen of weinig emoties, geen vermogen tot spijt en weinig empathie;
- Behoefte aan sensatie, impulsief gedrag en geen verantwoordelijkheid voor de eigen daden;
- Het toepassen van instrumenteel geweld;
- Er kan ook sprake zijn van het onderdrukken van angstgevoelens en kritiek van anderen steevast te ontkennen.
Het is
waarschijnlijk dat psychopathie ontstaat vanuit een combinatie van een
antisociale stoornis en opvoedingsfactoren. De nadruk ligt altijd op een
combinatie van beide.
Waarom psychopaten het criminele pad opgaan
- De psychopaat heeft weinig tot geen vermogen tot medeleven met een eventueel slachtoffer
- Geen vermogen tot spijt versterkt het gegeven dat de psychopaat geen verantwoordelijkheid voor de eigen daden voelt;
- Behandeling heeft nauwelijks effect, vanwege de defensieve houding van de psychopaat.
Door een
waarschijnlijke afwijking in de cortex ( voor neurologische uitleg, zie `Nader verklaard´), ondervindt een psychopaat minder invloed van het `beloning-strafcircuit´.
Voor gevoelens van beloning en straf is de cortex actief om hormonen te stimuleren. Psychopaten kennen het gevoel van straf niet, omdat zij geen hormonale reactie kunnen koppelen aan negatieve reacties. Ook het koppelen van emoties aan gebeurtenissen is bij psychopaten minder actief, waardoor de psychopaat niet ´voelt´ of iets ongewenst is.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten