Posts tonen met het label brein. Alle posts tonen
Posts tonen met het label brein. Alle posts tonen

woensdag 27 juli 2016

Neurowetenschappen: functies en dysfuncties (psychische stoornissen) van het menselijk brein

Medio augustus ga ik neurowetenschappen volgen aan de faculteit geneeskunde (Department of Neuroscience).

De psychische stoornissen blijven boeiende dysfuncties van het menselijk brein. Neurowetenschappen besteden aandacht aan de uiting van de psychische stoornissen op sociaal-emotioneel gebied, maar minstens zo belangrijk binnen de studie, is het traceren van de "haarden" van het psychisch mankeren en het analyseren van de complexe circuits die aan geestelijke ziekten bijdragen.

Studie in de psychiatrie
Ik heb, tijdens mijn werk als student in de psychiatrie, patiënten van cognitieve en culturele diversiteit begeleid.  De psychiatrisch patiënt krijgt een vrij algemeen te noemen diagnose, die wordt gesteld met behulp van de DSM (V). Is een classificatiehulpmiddel als de DSM wel adequaat? Op één afdeling, waar mensen geacht worden met elkaar samen te leven, is merkbaar hoe groot de verschillen van mens tot mens zijn. De "DSM-gediagnosticeerde" heeft weliswaar een uniek begeleidingsplan en een notitie op de schaal ("assen") binnen de classificatie, maar is de diagnose eenmaal gesteld, dan wordt er een indeling gemaakt op leeftijd of mate van dysfunctioneren.

Een greep uit de gedragingen van de patiënten in de groep die ik heb bestudeerd. Mevrouw P. was gediagnosticeerd met schizofrenie. Opvallend was, dat ieder moment van de dag nauwkeurig tot in detail werd genoteerd in speciaal daartoe bestemde logboeken.  Gesprekken tussen andere personen werden uitgeschreven en de patiënt in kwestie betrok gedane uitspraken op zichzelf. Zij meende dat zij de gehele dag door afgeluisterd zou worden en dat er de gehele dag over haar gesproken werd. De hallucinaties van mevrouw P. bestonden uit onder meer visuele en auditieve wanen. Er werden verbanden gelegd, zelfs uitgetekend, tussen situaties die op geen enkele wijze logische onderlinge samenhang vertoonden. Projectie als symptoom van de ziekte schizofrenie, uitte zich erin dat patiënt over allerhande zaken klachten indiende. Krantenartikelen en ingezonden brieven uit magazines werden uitgeknipt, omdat er teksten in zouden staan die uitsluitend over de patiënt gingen. Patiënt sprak over zichzelf in de derde vorm; depersonalisatie en derealisatie als symptomen van de psychische stoornis zorgden ervoor dat het ego werd losgekoppeld en dat eigen ervaringen verweven werden met externe prikkels. Zo schreef zij haar eigen handelen, gedachten en symptomen toe aan een meer abstracte figuur en met name aan andere mensen. Warrige brieven met aanmanende teksten, ook tot in detail uitgewerkt, werden gedeponeerd bij mensen met wie zij geen persoonlijk contact onderhield.

Meneer S. en mevrouw S. hadden elkaar op de gesloten afdeling ontmoet, alwaar de basis werd gelegd voor een langdurige relatie.  Mevrouw S. heeft het leven van meneer S. sterk beïnvloed.  Meneer S. diende voor iedere eenvoudige beslissing toestemming te vragen van zijn vrouw. Zijn vrouw was panisch om geld uit te geven; over kleine uitgaven werd dagenlang geruzied. Geld was slechts één van de onderwerpen om een ruzie uit te lokken.  Mevrouw S. kon na maanden nog terugkomen op een miniem, maar voor haar belangrijk  "voorval". De ruzies verliepen volgens hetzelfde patroon. Mevrouw S. kwam met een beschuldiging aan het adres van haar partner. Meestal ging het over geld, maar minstens zo vaak werd nauwlettend in de gaten gehouden of meneer S. oog had voor andere vrouwen- was dat volgens haar zo, dan móest meneer S. wel een geheime verhouding hebben met een willekeurige andere vrouw.

Er werd veel gevloekt, gesloopt en met spullen gegooid. Vooral het smijten met spullen was typerend voor de meeste patiënten in de behandelgroep. Voor mevrouw S. was er altijd een aanleiding om een ruzie uit te lokken over vermeend "kapotgegooide" bezittingen.  Er volgden zo nu en dan crises waardoor meneer S. naar een andere afdeling moest worden verplaatst. Draagt een relatie tussen twee mensen met psychiatrische problematiek, bij aan enige stabiliteit van de status (verbetering treedt niet op), of is er sprake van een constante overprikkeling van het brein in ongunstige zin, met degradatie in het functioneren tot gevolg?

Onderzoeksvragen
De verschillen in functioneren én dysfunctioneren van mens tot mens, werpen bij mij vragen op die ik wil onderzoeken. Psychische stoornissen zijn niet simpelweg het gevolg van een tekort aan neurotransmitters (zoals men in de volksmond ergerlijk genoeg opmerkt, clichés zijn nu eenmaal hardnekkig). Wat is de invloed van de overdracht die plaatsvindt tussen de synapsen en de samenstelling van de transmitterstof op het psychisch functioneren?

Wat is de exacte relatie tussen de activiteit van bepaalde circuits, met name de cortex en het limbisch systeem en dysfuncties als bipolariteit, schizofrenie en psychopathie? Op welke wijzen kan men op termijn verbetering aanbrengen in het lijden van de psychiatrisch patiënt?


Deze tekst is ook te vinden op rechtenadvies.blogspot.nl

vrijdag 24 mei 2013

De complexiteit van het bestaan- over de essentie en waarde van het leven

Voor wie het begrijpt, is hier mijn zienswijze
Een van de belangrijkste discussies, zo niet de meest typerende discussie voor wezens met vermogen tot reflectie, is de discussie over de zin van het leven. Er bestaan eigenlijk geen woorden om de abstractie te vervormen tot concrete gedachten. Ik koppel het levensgeluk hier los van de essentie van het bestaan. Ik vind het namelijk een hardnekkig misverstand dat de essentie van het leven direct te maken heeft met het eigen welbevinden. Het welbevinden kan worden geschaard onder het toekennen van een waarde aan het bestaan.

Het systeem van de bewoners van onze aarde. Wij bewegen niet willekeurig als poppetjes over de aarde- althans, zo lijkt het. Waarom zouden we anders een complexiteit aan gevoelens en interacties kennen? De essentie van het bestaan is wellicht schokkend eenvoudig. Vanuit evolutionair perspectief hebben wij `slechts´ het doel om ons voort te planten en te overleven. Ware het niet dat de meer intelligente levensvormen begiftigd zijn met het vermogen tot reflectie. In de breinen van de mensen  (en wellicht andere entiteiten) spelen gevoelens, impulsen en gedachten een ingewikkeld spel:  basale gevoelens, realiteitszin, reflecties, tegenstrijdige gevoelens en andere conflicten. Prettige gevoelens, zoals enthousiasme, genoegen, plezier, iets daartussenin -zoals het verlangen- of onprettige gevoelens, zoals schuld en schaamte. Tussen de mensen bestaan al even ingewikkelde en soms abstracte, interpersoonlijke relaties. Wie probeert om de complexiteit te vereenvoudigen, stuit juist op nog meer complexiteit.

Hoe staat het begrip `geluk´ in verhouding tot het geheel? Geluk is geen permanente toestand, maar een (basaal) gevoel. Een mens kan, vanuit het eigen karakter en temperament, enthousiast, opgewekt, gemotiveerd, ofwel bevlogen zijn. Karakter is vrijwel zeker een constante. De omgeving en opgedane ervaringen hebben daarnaast (enige) invloed op de vorming van de persoonlijkheid.  Mijns inziens bepaalt het karakter de mate van slagen of falen in het leven. Ik pas ervoor om over het bestaan van een lot te spreken; ik zie het karakter en de persoonlijkheid als de uitrusting die zorgt voor het functioneren van het wezen.

De cognitieve en sociale niveaus zijn welbekend, maar er zijn tal van andere niveaus van functioneren die minder bekend zijn, dan wel zijn de bekende niveaus op hun beurt weer complex. Circuits (processen in het brein) worden continu betrokken bij het leggen van verbanden (structuren en relaties, de metacognitie, de hogere cognitieve functies). Het grootste raadsel van het leven is nog wel inzicht in het eigen brein. Zelfkennis kan bij een persoon prima in orde zijn, maar het is nog altijd onmogelijk om zich een overzichtelijk beeld van de processen en capaciteiten in en van het brein te verschaffen.

Ik meen dat de mens een volkomen irrationeel wezen is. Iedere (pseudowetenschappelijke) poging om het leven tot rationele beslissingen te reduceren, is bij voorbaat al mislukt. Het leven vormt zich niet slechts uit bewuste keuzen. Dat de mens het leven eigenlijk weinig kan sturen, is echter geen excuus om achterover te leunen.

Sociale en intellectuele context in optima forma
Ik denk dat levensgeluk optimaal wordt ervaren als een persoon erin slaagt om de belangrijkste betrekkingen (zoals persoonlijke relaties en werk) af te stemmen op het niveau van de eigen cognitieve en sociale vermogens. In simpele bewoordingen is het een `zegen´ als mensen erin slagen om het leven in te richten naar de persoonlijke capaciteiten. Het functioneren is ultiem bij voldoende intellectuele en sociale stimulatie. Het moeten leveren van ondermaatse of bovenmaatse prestaties is funest, evenals het trekken van vergelijkingen en de wens om een persoon te veranderen. Aldus, een verkeerde context kan een persoon ongelukkig maken, maar ook dat is te relativeren vanuit de persoonlijkheid en het karakter als uitgangspunt.

De waarde van het leven kan naar eigen inzicht worden ingevuld. Persoonlijk ben ik blij met het bestaan van vrijwel universele kenmerken: de mogelijkheid om van iemand te houden is een belangrijk verschijnsel dat door de meeste mensen wordt gedragen. Het maakt de mens waardevol en kwetsbaar tegelijk. Toch vind ik het een onmisbaar verschijnsel. Het lijkt mij een verschrikkelijk idee om van niets of niemand te kunnen houden of werkelijk voor niets enthousiast gemaakt te kunnen worden. Dan lijkt het bestaan me kil en kleurloos. Rechtvaardigheid en kwaliteit vind ik belangrijke waarden om me voor in te zetten. Ik weet wat ik wil en ik heb een diversiteit aan interesses. Echter, maakt dat voor mij de essentie van het bestaan duidelijk? Het antwoord is: neen.

Verwikkelingen, alledaagse beslommeringen en negatieve gevoelens maken het soms moeilijk om levensgeluk te ervaren. Het is bijna onmogelijk om altijd de belangrijkste waarden uit het leven in het zicht te houden. Het dagelijks leven wordt nu eenmaal gekleurd door menselijke emoties, die onmogelijk alleen positief kunnen zijn.

Het verlangen
Een bijzonder gevoel is het verlangen. Een doel, zij het iets of iemand, wordt begeerd. Dit doel vergt inzet. Soms komt iemand tot bijzondere prestaties, door zich een doel in het vooruitzicht te stellen. In dit opzicht is het verlangen een nuttig verschijnsel. Het kan prettig zijn om verlangens te hebben en behoeften hoeven ook zeker niet (direct) bevredigd te worden. Wanneer een persoon er niet in slaagt om verlangens te beantwoorden of doelen te realiseren, dan kan dit wel leiden tot frustratie. Afhankelijk van de mate waarin iets of iemand begeerd wordt.

Ik zie vragen over de zin van het leven niet als verveling of een gebrek aan waardering voor het leven; eerder als een logische poging om tot inzichten te komen.